Formateur: Eerst elkaar besnuffelen
Elkaars nieren proeven, vertrouwen winnen en afspraken maken. Politieke partijen gaan na de gemeenteraadsverkiezingen om de tafel om een college te vormen. De formateur neemt het voortouw, maar hoe? „Eerst kijken of we elkaar kunnen hebben.”
In Goes is CDA’er Jo-Annes de Bat (29) de gelukkige. Als voorzitter van de grootste fractie –6 van de 25 zetels– leidt hij op dit moment de collegeonderhandelingen. „De PvdA was de grootste, maar is teruggegaan van 7 naar 5 zetels. De vier kleine partijen vinden unaniem dat de drie grote –CDA, PvdA en VVD: samen 16 zetels– eerst met elkaar in gesprek moeten.”In 2006 kreeg de collegevorming in Goes een onverwachte wending. De Bat: „De PvdA leidde toen de onderhandelingen, maar legde allerlei eisen op tafel. Toen hebben CDA, VVD en CU/SGP een collegeprogramma samengesteld. Het kwam op biddag tot stand en kreeg landelijke bekendheid als het biddagakkoord.”
Het was de eerste opdracht van formateur De Bat om te onderzoeken of dit keer CDA, PvdA en VVD door één deur kunnen. „We hebben elkaar flink besnuffeld. Natuurlijk zijn er verschilpunten, maar we hebben de wil er met elkaar uit te komen.”
Komende weken zal het in Goes vooral over de verschilpunten gaan. „Ik noem de coffeeshops. Het CDA wil dat ze allemaal dichtgaan; de PvdA en de VVD denken er genuanceerder over. We zullen waarschijnlijk allemaal water bij de wijn moeten doen. Een ander punt is het aantal koopzondagen. Het CDA wil die het liefst op vier houden, hoewel er een mogelijkheid is om tot acht te gaan. Gelukkig is er onder de winkeliers weinig belangstelling voor meer koopzondagen, maar dit punt zal zeker de nodige politieke discussie geven.”
Wordt het vloekverbod een issue? „Wat mij betreft niet. Het vloekverbod is al geregeld: in de Tien Geboden. Dat hoeft dus niet meer in de plaatselijke verordening. Het is trouwens ook niet te handhaven. Als mensen goed naar de Tien Geboden luisteren, is het probleem opgelost.”
De Bat verwacht nog deze week met „knip- en plakwerk” te kunnen beginnen om een collegeprogramma te maken. „We zullen uit de verkiezingsprogramma’s van de drie partijen een akkoord moeten samenstellen. Dat vraagt zorgvuldigheid, temeer omdat ik er als formateur een degelijke financiële onderbouwing bij wil hebben. Op het moment dat de wethouders benoemd worden, moeten ze er zo mee aan de slag kunnen.”
Goes kent drie wethouders. „Dat is weinig in vergelijking met andere gemeenten van deze omvang”, zegt De Bat. Toch gaat hij niet pleiten voor een vierde wethouder. „Ik vind dat in deze tijd van economische recessie niet verantwoord. Ook de gemeente moet bezuinigen.”
De CDA-fractievoorzitter geniet van zijn rol als formateur. „Als grootste partij mag je leidinggeven aan de gesprekken en punten op de agenda zetten. Je hebt een behoorlijke invloed. Na de verkiezingen vorige week wilden sommige partijen direct aan tafel. Ik heb gezegd: Dat is niet verstandig. Eerst een paar dagen rust; het is nu tijd voor andere dingen. Na het weekend, maandagmiddag om halfvier, praten we verder.”
Spelregels voor de formateur zijn er niet, zegt De Bat. „Wat ik mezelf als eis opleg, is openheid. We zullen ons steeds verantwoorden in de gemeenteraad, zodat elke stap voor iedereen duidelijk is. Zo krijg je nooit kwade gezichten.” Wat De Bat –in het dagelijks leven directeur van de CDA-bestuurdersvereniging– straks zelf gaat doen? „Ik word graag wethouder.”