Opinie

WMO biedt ouderen zorg op maat

In het RD van 2 december deed Dick Corporaal zijn beklag over de willekeur waartoe de Wet maatschappelijke ondersteuning volgens hem zou leiden. Clémence Ross-van Dorp dient hem van repliek.

12 December 2005 08:38Gewijzigd op 14 November 2020 03:16
„Mijn streven is juist het behoud van solidariteit tussen jongeren en ouderen, tussen vitale en zieke mensen.” Foto ANP
„Mijn streven is juist het behoud van solidariteit tussen jongeren en ouderen, tussen vitale en zieke mensen.” Foto ANP

Ouderen in stadsdeel Amsterdam-Noord, in de gemeente Waalwijk en het kerkdorp Grashoek in de Peel hebben één ding gemeen: ze willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen, in de flat, het huis of de boerderij waar ze de laatste veertig jaar hebben gewoond. Maar welke diensten of hulpmiddelen hen daarbij kunnen helpen, zal van persoon tot persoon verschillen. Wat kunnen zij nog zelf? Hoe ziet de infrastructuur van de wijk eruit? Is er een dienstencentrum?De Wet maatschappelijke ondersteuning verplicht de gemeenten ertoe zich echt te verdiepen in de wensen en noden van hun inwoners. Waar hebben zij behoefte aan? Wat verwachten zij van hun gemeente? Wat verwachten zij van elkaar? Welke voorzieningen zijn er? Is dat voldoende? Dat noem ik geen willekeur, zoals voorzitter Dick Corporaal van de Protestantse Christelijke Ouderen Bond POCB, maar maatwerk.

Daklozen
Ik heb niet de illusie dat wij als bestuurders vanuit Den Haag de burger kunnen bedienen met de hulp die hij nodig heeft. Dat kan veel beter dicht bij die burger, aan het loket in zijn gemeente, die ook over de voorzieningen gaat, waakt over zijn welzijn, hulpmiddelen verstrekt, woningaanpassingen regelt. En door meer samenhang in dat aanbod zullen mensen beter en langer kunnen participeren in de maatschappij.

De Wet maatschappelijke ondersteuning zorgt er juist voor dat álle gemeenten zich gaan richten op hun burgers en uitzoeken wat bijvoorbeeld voor hun ouderen, jongeren, daklozen en mantelzorgers moet gebeuren om te zorgen dat zij op een volwaardige manier kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven. Colleges van burgemeester en wethouders moeten aan hun gemeenteraad laten zien welke inspanningen zij leveren.


Als u het mij vraagt is er juist nú grotere kans op willekeur tussen wat gemeenten hun burgers bieden, dan straks als de WMO is opgepakt. Gemeenten zijn nu weliswaar verantwoordelijk voor de uitvoering van de welzijnswet en de Wet voorziening gehandicapten (WVG). Maar het is niet duidelijk wat gemeenten op die terreinen presteren. Daar maakt de WMO een einde aan. Zij zullen moeten laten zien wat zij op de terreinen wonen, welzijn en dienstverlening bieden.

De zorgen die Dick Corporaal uit over het achterlopen van gemeenten bij het realiseren van goede woonvoorzieningen voor ouderen kan hij straks bij de verantwoordelijk wethouder neerleggen. De WMO zegt dat het bestuur zijn burgers en de belangenorganisaties moet raadplegen. Van cliëntenparticipatie is juist wel sprake.

Gebeurt er te weinig, dan kan hij de gemeenteraad benaderen, die de wethouder aanspreekt op achterblijvende prestaties. Hij moet niet meer in Den Haag zijn, maar bij degene die ter plekke iets kan uitrichten.

Overhevelen
Dick Corporaal heeft gelijk als hij schrijft dat de WMO veel zal vragen van gemeenten. Maar niet iets wat zij niet kunnen. Wonen, welzijn en de WVG zitten al in hun domein. Daar komt alleen de huishoudelijke verzorging bij. Ik til die dienst uit de AWBZ omdat zij er volgens mij niet in thuishoort. Het is een dienst, geen (gezondheids)zorg. Pilots hebben inmiddels uitgewezen dat gemeenten de uitvoering ervan prima kunnen organiseren.

Het is dus niet zo, wat Corporaal schrijft, dat „veel zorg” die nu vanuit de AWBZ komt straks op het bordje van de gemeenten terechtkomt. Het gaat deze kabinetsperiode alleen om de huishoudelijke hulp. Wellicht dat een volgend kabinet besluit ook andere dienstverlening uit de AWBZ aan de gemeenten over te dragen. Maar het overhevelen van zorg zal niet gebeuren; die blijft in de AWBZ.

Solidariteit
Want daar is de WMO óók voor bedoeld: voor het veiligstellen van de AWBZ als verzekering voor onverzekerbare zorg voor gehandicapten of chronische zieken.

Daar willen premiebetalers solidariteit voor opbrengen. Premiebetalers die nu al bijna 4000 euro per jaar aan de AWBZ bijdragen. Met de toename van het aantal ouderen en dementerenden in het verschiet zal er in de toekomst nog meer van hen worden gevraagd.

Corporaal spreekt van rivaliteit tussen generaties. Mijn streven is juist het behoud van solidariteit tussen jongeren en ouderen, tussen vitale en zieke mensen.

De auteur is staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer