„Tegelijk is er nog geen officieel besluit genomen en moeten we afwachten wanneer en in en welke vorm tarieven worden ingevoerd”, merkt de lobbyclub voor het bedrijfsleven op. VNO-NCW staat in nauw contact met de overheid om scenario’s uit te werken en mogelijke gevolgen in kaart te brengen.

In de ogen van het bedrijfsleven is een handelsoorlog in niemands belang. Maar de retoriek van Trump bevestigt volgens VNO-NCW wel de veranderende trans-Atlantische relatie. Europa zou zich aan deze nieuwe realiteit moeten aanpassen. „Het is daarbij van groot belang dat we eensgezind zijn in Europa en gezamenlijk optrekken.”

Ook wijst VNO-NCW nogmaals op de noodzaak voor Europa en Nederland om te blijven werken aan de eigen economische concurrentiekracht en een aantrekkelijk investeringsklimaat. „Daarvoor is het onder meer van belang dat we eigen interne handelstarieven aanpakken en de Europese interne markt versterken.”

Trump denkt aan heffingen van 25 procent voor Europa, onder meer voor Europese auto’s en veel andere producten. Eerder tekende hij al een decreet waarmee de Verenigde Staten per 12 maart 25 procent belasting gaan heffen op aluminium en staal. Daarnaast voerde hij begin februari extra importheffingen in op producten uit China. Eerder aangekondigde heffingen tegen Canada en Mexico werden na onderhandelingen een maand uitgesteld.

Woensdag zei Trump dat de tarieven voor Mexico en Canada op 2 april zouden worden ingevoerd. Het was echter niet duidelijk of de president bedoelde dat hij de landen extra tijd gaf, of dat hij de tarieven voor Canada en Mexico had verward met zijn plan voor wederkerige tarieven. Dat zijn heffingen tegen landen die zelf ook invoertarieven op Amerikaanse producten hebben. Het Witte Huis verklaarde later dat de deadline voor de heffingen voor Canada en Mexico 4 maart blijft en dat Trump nog niet had besloten of hij opnieuw uitstel zou verlenen.