Meditatie: Haast U!
„Een zoon zal de vader eren en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u.”
Maleachi 1:6a
Ik wens nu nog een woord te richten tot diegenen onder ons die erop rekenen zalig te worden omdat ze menen rechtschapen en braaf zijn. O, dat u heden mag overtuigd worden door de Schrift en het gezond verstand dat wanneer u buiten Christus bent, u derhalve geen vrede hebt met God. Wanneer dus zelfs onze deugden ons veroordelen, wat zullen dan onze zonden doen? Maar er is een Fontein geopend in Sion, waarheen beiden, de goddeloze en de zondaar, mogen toetreden. Indien u slechts overtuigd wilt worden om te geloven dat u niet meer of minder bent dan een van deze verloren schepsels, dan weet ik wel dat u zich haasten zult om u te baden in die verzoenende wateren. Maar indien u nog langer het lied wilt aanheffen van uw uitmuntende hoedanigheden –uw rechtschapenheid, uw oprechtheid, uw kinderlijke en ouderlijke liefde, uw nauwgezetheid om ieder het zijne te geven, uw lust tot weldadigheid– en u niet overtuigd wilt worden door de eigen woorden van God dat hoewel de zoon zijn vader eert, en de knecht zijn heer, deze slechts een donkerder en duivelser kleur geven aan uw Godvergetenheid en Godverachting. Indien u dit doen wilt, dan kunnen wij ons alleen met droefheid van u afwenden en zeggen: „Hoeren en tollenaren zullen u voorgaan.”
_Robert Murray M’Cheyne,
predikant te Dundee
(”Leerredenen”, 1862)_