Op deze manier willen de VS voorkomen dat de bedrijven Amerikaanse technologie gebruiken om mensenrechten te schenden, verklaarde onderminister Alan Estevez voor Industrie en Veiligheid. „Mensenrechtenschendingen zijn in strijd met de buitenlandse belangen van de Verenigde Staten”, vulde hij aan ter onderbouwing.

De beperkingen hebben betrekking op onder meer twee bedrijven uit China, waaronder Zhejiang Uniview Technologies. Volgens Amerikaanse functionarissen zou dit bedrijf, dat bijvoorbeeld bewakingscamera’s verkoopt, de surveillance van Oeigoeren en andere etnische en religieuze minderheidsgroepen in China mogelijk hebben gemaakt.

Verder krijgen bedrijven uit Rusland en Myanmar te maken met de handelsbeperkingen. De VS verdenken de ondernemingen uit dat laatste land van het leveren van onderdelen aan het leger van Myanmar, waardoor uiteindelijk luchtaanvallen op burgers uitgevoerd konden worden. De Russische bedrijven hebben mogelijk gezichtsherkenningstechnologie aan Moskou geleverd „gericht op vreedzame demonstranten, een essentieel onderdeel van Ruslands massasurveillanceapparaat”, aldus het ministerie van Handel.