EU-lidstaten gaan meer investeren in onderzoek en ontwikkeling
De EU-lidstaten hebben afgesproken meer te investeren in onderzoek en ontwikkeling. In 2030 moet 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) hieraan worden uitgegeven, is vrijdag als streefcijfer vastgelegd. Meer investeringen door de lidstaten zijn belangrijk om de innovatiekloof tussen de EU-lidstaten te dichten, maar ook de innovatiekloof met concurrenten als de Verenigde Staten en China, benadrukte de Hongaarse minister Balázs Hankó (Innovatie).
Met extra investeringen in onderzoek en ontwikkeling neemt de concurrentiekracht van de Europese Unie toe, zei Hankó. Dat is momenteel een van de belangrijkste prioriteiten van de EU.
Denemarken en Finland zeiden tijdens de vergadering van de EU-ministers van innovatie dat alle lidstaten aan die norm moeten voldoen, zonder uitzondering. Spanje en Italië benadrukten het belang van meer investeringen door private partijen in onderzoek en ontwikkeling. Eurocommissaris Iliana Ivanova (Innovatie en Onderzoek) beaamde dit. De private sector in de EU investeert volgens haar momenteel veel te weinig in onderzoek en ontwikkeling.
In de vrijdag beklonken afspraken is ook vastgelegd dat EU-landen onderling meer kennis gaan uitwisselen. Dat is volgens de lidstaten belangrijk om te voorkomen dat de bestaande verschillen binnen de EU nog groter worden.
Met extra investeringen in onderzoek en ontwikkeling hoopt de EU te voorkomen dat getalenteerde mensen de EU verlaten om ergens anders hun kennis in te zetten, zei Hankó. „We moeten de braindrain stoppen.”