Honderdduizenden aanhangers van de Libanese oppositie hebben maandag in het centrum van Beiroet een demonstratie gehouden tegen Syrië en de pro–Syrische regering in hun land en voor de vermoorde ex–premier Rafik Hariri. Het was veruit de grootste protestactie in de reeks van demonstraties van voor– en tegenstanders van Syrië sinds de dood van Hariri bij een bomaanslag exact een maand geleden.
De demonstratie vulde, zoals alle demonstraties van de oppositie, wederom het Martelarenplein waar Hariri ligt begraven. Maar deze keer waren ook de straten rond het plein gevuld en stonden er files met aanhangers van de oppositie op alle toegangswegen naar Beiroet. Volgens deelnemers en ooggetuigen was de door de Hezbollah–beweging georganiseerde pro–Syrische actie van vorige week, waar een half miljoen mensen in meeliepen, een betoginkje vergeleken met de demonstratie van maandag. Verslaggevers van het persbureau Associated Press schatten het aantal demonstranten op achthonderdduizend, op een bevolking van 3,5 miljoen.
De duizenden demonstranten ontvouwden op het plein een honderd meter lange Libanese vlag, waarmee geschud werd. Opnieuw klonken de leuzen „Syrië eruit" en „Wij willen alleen het Libanese leger in Libanon", die al een hele maand op het plein klinken. Veel demonstranten gaven ook blijk van hun ongenoegen over de herbenoeming vorige week van de pro–Syrische premier Omar Karami, die de oppositie vorige maand met felle demonstraties nog had gedwongen af te treden. „Ze dagen ons uit en wij zijn hier om hun te laten zien dat we het niet accepteren", zei demonstrant Farid Samaha. „We zijn vastbesloten het land te bevrijden en we zullen niet stoppen."
Exact om 12.55 uur, het moment van de aanslag op Hariri een maand geleden, viel de gehele menigte stil terwijl kerkklokken luidden ter nagedachtenis van de ex–premier. Sommige demonstranten droegen foto’s van hem mee en teksten als „We missen je".
Ondertussen ging de terugtrekking van Syrische militairen maandag door. Volgens een Syrische legerfunctionaris zijn al zo’n vierduizend van de veertienduizend soldaten terug in Syrië. De rest trekt zich geleidelijk terug naar de Oost–Libanese Bekaa–vallei. De Syrische inlichtingendienst, die alomtegenwoordig is in Libanon, sloot zijn kantoren in de noordelijke steden Amyoun en Deir Ammar. Ook werden er controleposten ontmanteld. In totaal vertrokken zo’n zeventig agenten, vermoedelijk naar Noord–Syrië. De meeste kantoren van de door veel Libanezen gehate Syrische inlichtingendienst blijven ondanks de terugtrekking van de militairen echter gewoon bestaan.
