We zijn nog heel lang afhankelijk van fossiel
Ondernemingen met productie of belangen in de sector van de fossiele brandstoffen liggen onder vuur. Extinction Rebellion blokkeert snelwegen. Milieudefensie voerde via de rechter met succes actie om Shell te dwingen de uitstoot van CO2 te reduceren. Inmiddels is een procedure gestart tegen ING, in een poging de kredietverlening van de bank aan vervuilers te stoppen.
De pensioenfondsen roeren zich eveneens. Het grootste fonds van ons land is ABP. Dit pensioenfonds van ambtenaren en leraren heeft zijn aandelen in olie- en gasreuzen als Shell, BP, ExxonMobil en TotalEnergies afgestoten. PME (metaal- en techindustrie) deed hetzelfde. PFZW (zorg en welzijn) kondigde vorige maand aan alleen het bezit te handhaven in zeven kleinere spelers die vooroplopen in de energietransitie.
Decennialang was het bijna vanzelfsprekend dat Shell, als de grootste beursonderneming in Amsterdam, prominent deel uitmaakte van aandelenportefeuilles. Het bood garantie op een stabiele dividendstroom. Maar vandaag de dag voelt beleggen in deze multinational niet helemaal oké. Je geld steken in groen en schoon, dan sta je er beter op.
Heeft terugtrekken uit Shell en soortgenoten nou werkelijk zin? Ik betwijfel het. Zij verdienen er geen cent minder om. Natuurlijk, hun imago raakt besmeurd en daar is geen enkele onderneming blij mee. Maar de aandelen die fondsen van de hand doen, worden gewoon opgeveegd door andere vermogensbeheerders. Er is voldoende kapitaal op zoek naar een renderende aanwending. Zo berichtte de Amerikaanse superbelegger Warren Buffett kortgeleden dat hij zijn investeringen in Chevron en Occidental Petroleum met miljarden dollars heeft uitgebreid. Winstperspectieven tellen voor hem blijkbaar zwaarder dan de klimaatdreiging.
Als pensioenfondsen uitstappen, betekent het dat zij hun invloed bij de oliemaatschappijen overdragen aan beleggers die misschien minder gefocust zijn op een leefbare aarde. Zij opereren dan niet langer als een luis in de pels, zij kunnen dan niet meer op vergaderingen van aandeelhouders hun visie vertolken en bestuurders ter verantwoording roepen.
Verder lijken critici te vergeten dat we nog heel lang afhankelijk blijven van fossiele brandstof. Voorlopig kunnen we echt niet zonder en is het dus goed dat de ‘olieboeren’ doorgaan met het oppompen van wat voorheen vaak werd aangeduid als het ‘zwarte goud’. Anders lopen onze economieën vast en plegen we een aanslag op de welvaart. Willen de deelnemers aan de pensioenfondsen dat? Weten we nog hoe groot de zorgen waren toen door de oorlog in Oekraïne de gasprijzen explodeerden en dat onze koopkracht aantastte? Het is makkelijk om de oliesector in de beklaagdenbank te zetten zolang we zelf daarvan geen hinder ondervinden. Bovendien, als de economie stilvalt, verdienen we niet de vele miljarden die nodig zijn voor de verduurzaming.
Cijfers van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) houden ons de realiteit voor: de vraag naar olie groeit de komende jaren nog steeds. Pas tegen 2030 bereiken we volgens de huidige inzichten de piek.
De auteur is oud-redacteur economie van het RD.
> rd.nl/grootgeld