Bestuurder van een ‘pakezel’
We vliegen voor een ‘paar’ mensen in het binnenland, schreef ik in mijn vorige bijdrage. Maar wat houdt dat in, en is dat echt de moeite waard?
MAF wordt ook weleens de pakezel van de zending genoemd. Geen fraaie benaming misschien, maar we hebben een belangrijke en dankbare taak.
Nee, de zending is niet afhankelijk van MAF, –gelukkig niet– maar met vliegtuigen en technologie kunnen we zendingswerkers en spullen wel letterlijk over barrières vervoeren. Bijvoorbeeld over de 94 procent bos waaruit Suriname bestaat.
Een bijzonder voorrecht, en tegelijk wonderlijk, hoe God de ene mens gebruikt om de ander te bereiken met het Evangelie. Iedereen op zijn eigen plek en met de taken en talenten die God hem geeft.
Vaker nog dan voor zendingswerk, vliegen we om medisch werk en ontwikkelingshulp te faciliteren. Vaak ook als volgeladen pakezel, zoals op de foto. Maar ook op die vluchten vliegen we met een ‘dubbele agenda’. Want mensen bereiken met het Evangelie is onze visie en opdracht. En dat kan op allerlei manieren.
Zou dat God geen vreugde geven? Op lange vluchten, wanneer ik tijd heb om na te denken, gaat dat weleens door me heen. Het is nodig dat mensen bereikt worden met het Evangelie, Zijn eigen Woord! We zijn op aarde blij als mensen „Zijn Woord gaarne aannemen”, en we weten zelfs dat er „alzo blijdschap is voor de engelen Gods over één zondaar die zich bekeert”. Wat een voorrecht om daarin, door Gods genade, een schakeltje te zijn. Desnoods als bestuurder van een ‘pakezel’.
Joop van Weele is MAF-piloot in Suriname
www.maf.nl/precisiewerk voor een andere belevenis van Joop van Weele