Kamer wil actie kabinet tegen ‘zondagsboete’ voor winkeliers
Het kabinet moet „effectieve maatregelen” treffen om te voorkomen dat winkeliers boetes krijgen opgelegd als ze hun winkel op koopzondag gesloten houden.

Een ruime meerderheid in de Tweede Kamer ondertekende donderdagavond een motie van die strekking die werd ingediend door SGP-fractieleider Van der Staaij. CDA, ChristenUnie, D66, SP, PvdA, GroenLinks, de Partij voor de Dieren en de groepen Bontes/van Klaveren, Klein en Van Vliet steunen de motie, die stelt dat „de keuzevrijheid van ondernemers om op zondag hun winkel gesloten te houden geborgd moet worden.”
Onlangs werd bekend dat een winkelier in het Groningse winkelcentrum Paddepoel een boete van 500 euro krijgt opgelegd door de verhuurder van zijn pand voor elke koopzondag waarop hij zijn deuren niet opent. De rechter bepaalde vorige week dat de boetes –die al waren opgelopen tot een bedrag van 10.500 euro– rechtmatig waren opgelegd, omdat het huishoudelijk reglement van het winkelcentrum bepaalt dat alle winkels op koopzondagen open behoren te zijn.
Het is niet voor het eerst dat er dergelijke ‘zondagsboetes’ worden opgelegd. In 2014 meldde bleek al dat een Tilburgse winkelier jarenlang 250 euro betaalde voor iedere koopzondag waarop hij, vanwege religieuze principes, zijn deuren dichthield. Enkele jaren daarvoor dreigde vastgoedconcern Corio, een van de grootste verhuurders van winkelruimte in Europa, al dergelijke boetes op te leggen in het Rotterdamse winkelcentrum Alexandrium, om daarmee „zwarte gaten” op zondag te voorkomen.
Bij de verruiming van de Winkeltijdenwet in 2013 sprak een meerderheid in de Eerste Kamer al „schande” van ‘wurgcontracten’ met boetes voor winkeliers die zondags niet open willen vanwege hun geloof. De senatoren namen toen een motie van SGP-senator Holdijk aan die het kabinet oproep te bezien hoe winkeliers die zondags dicht willen blijven, beschermd kunnen worden. Daarvan was sindsdien weinig terechtgekomen.