Rede Juncker gemengd ontvangen
Nederlandse EU-parlementariërs reageren wisselend op de toespraak die Jean-Claude Juncker woensdag hield. In zijn jaarlijkse ‘Staat van de Unie’ pleite de voorzitter van de Europese Commissie onder meer voor meer defensiesamenwerking.
Esther de Lange (CDA) sloot zich aan bij Junckers zorgen over het gebrek aan daadkracht van de EU en sprak steun uit voor zijn nadruk op veiligheid. Zij steunt voorstellen voor betere bescherming van de buitengrenzen en meer samenwerking op het gebied van defensie.
Ook D66’ er Marietje Schaake is blij met de voorstellen voor meer militaire samenwerking. „Als Europa op het internationale toneel een vuist wil kunnen maken, dan moeten we ook een slagvaardige strijdkracht hebben.” Ook steunt ze het plan om gezamenlijk materieel in te kopen en te onderhouden. „We moeten af van het idee dat elke lidstaat een leger als een Zwitsers zakmes moet onderhouden.”
Hans van Baalen (VVD) vond dat Juncker een uur lang sprak over „ditjes en datjes”. „Een opgewarmde prak zonder prioriteiten. Hij was vaag over vluchtelingen, de brexit en Turkije en gratuit over defensie.” De liberaal stelde voor om vicevoorzitter Frans Timmermans de volgende Staat van de Unie te laten schrijven.
Bas Eickhout (GroenLinks) was positief over de aansporing van Juncker om het klimaatverdrag snel te ratificeren. Maar hij miste overtuiging en zelfreflectie over de macht die Brussel volgens hem gunt aan het bedrijfsleven, zoals de auto-industrie.
De PvdA was vooral positief over de voorgestelde verdubbeling van het investeringsfonds en Junckers oproep de begrotingsregels met gezond verstand toe te passen. Delegatieleider Paul Tang miste wel „urgentie” in de toespraak.
De SP was niet onder de indruk. „Wie goed luisterde naar Juncker, hoorde een pleidooi voor nog veel meer Brussel”, aldus SP-Dennis de Jong (SP). Centralisatie van macht is zijn eigenlijke thema. Dit staat volkomen haaks op de wil van gewone mensen.’’ De ChristenUnie stelde dat Juncker „een zooitje” maakt van de begrotingsafspraken. EU-parlementariër Peter van Daalen stelde dat „grote nieuwe plannen die halverwege blijven steken” de geloofwaardigheid van de EU geen goed doet.