„Naam Messiaanse Joden deugt niet, álle Joden zijn Messiaans”
De aanduiding ”Messiaanse Joden” deugt niet, Joden zijn per definitie Messiaans. Ook seculiere, ongelovige Joden zijn Messiaanse Joden, omdat Jood-zijn en Messiaans zijn hetzelfde is.
Dit beweerde dr. Shlomo Hizak zaterdag op de conferentie over het thema ”Joods-christelijke relaties” die door de vriendenkring van het Jeruzalem Bijbel Centrum was georganiseerd.
Dr. Hizak richtte in 1962 het Jeruzalem Bijbel Centrum op met als doel de Bijbelverspreiding onder „Joden en de volken” te bevorderen. Sindsdien drukte dit Bijbelcentrum meer dan 3 miljoen Bijbels in veertig talen en verspreidde ze in het Midden-Oosten en daarbuiten.
De conferentie vormde een afsluiting van een zevendaagse excursie langs het Joodse erfgoed in Nederland, zoals het Anne Frank Huis, verschillende synagogen en Joodse begraafplaatsen. De tachtig deelnemers uit verschillende landen luisterden naar drie lezingen, afgewisseld door het zingen van Joodse liederen.
Hizak prees in zijn toespraak het goed onderhouden Joodse erfgoed. „De confrontatie met het Joodse verleden was voor mij soms ook moeilijk. Je beseft dan dat je als een schakel tussen de generaties staat, tussen het verleden en de toekomst”, aldus Hizak, die in zijn jonge jaren als soldaat Israëls eerste premier David Ben Gurion moest bewaken.
Bruggen bouwen
De stichter van het Jeruzalem Bijbel Centrum wil het Joodse volk en alle volkeren dienen door hen bekend te maken met het Woord van God. Ter verdediging van zijn voornaamste bezigheid citeerde de 75-jarige Hizak de Bijbeltekst: „Het geloof is uit het gehoor en het gehoor is door de prediking van het Woord Gods” (Rom. 10:17). Het Jeruzalem Bijbel Centrum beoogt behalve de Bijbelverspreiding ook het bouwen van bruggen tussen christenen en Joden. Omdat het zaterdag sabbat was, reciteerde Hizak Psalm 92 in het Hebreeuws.
„Psalm 92 is een sabbatspsalm, en daarom mag hij vandaag worden gelezen. Joden begroeten de sabbat met de woorden uit Hooglied 6:3: „Ik ben mijns Liefsten en mijn Liefste is mijn.” Dat citeren van dit vers is op de sabbat is ook juist, want Israël heeft een liefdesaffaire met God, en dan is het Hooglied als liefdeslied heel passend”, aldus Hizak.
De Bijbelleraar uit Jeruzalem wees vervolgens op de Joodse kalender. „Volgens de Joodse kalender is deze zaterdag ook de eerste dag van een nieuwe maand. Deze maand is de laatste maand van het jaar, en daarom staat deze maand als afsluiting van het jaar in het teken van verzoening en vergeving. In de Joodse traditie staat de vergeving tussen mensen niet los van de vergeving van Gods kant. Datzelfde leert Jezus in de Bergrede, en daaruit blijkt hoezeer Hij in de Joodse traditie stond. Wie Jezus Christus heeft ontmoet, heeft ook een Jood ontmoet”, aldus Hizak.
Ingeënt
Harold Maxey, voorganger van een evangelische gemeente uit St. Louis (Verenigde Staten), benadrukte in zijn Bijbelstudie over Romeinen 9-11 dat dit gedeelte vanuit het geheel van de Bijbel moet worden verklaard. De Amerikaanse voorganger wees op de betekenis van enkele uitdrukkingen zoals het „ingeënt zijn”, een uitdrukking die de vervangingsleer –de kerk heeft de plaats van Israël ingenomen– de pas afsnijdt. Volgens Maxey is het herstel van Israël onderdeel van het plan van God dat ongewijzigd wordt uitgevoerd.
SGP-Europarlementslid B. Belder uitte in zijn lezing over oude en nieuwe vormen van antisemitisme in Europa zijn verbijstering dat antisemitisme wordt geaccepteerd of zelfs ‘normaal’ wordt gevonden. De Europarlementariër noemde voorbeelden zoals het uitjouwen van Joden in veel Europese steden. Volgens Belder had Theodor Herzl (1860-1904) gelijk met zijn uitspraak dat Joden ondanks hun inspanningen tot integratie nooit geaccepteerd zullen worden.