Een kwarteeuw missionair werk in Zuid-Limburg
In het zuidelijkste deel van Limburg vindt sinds een kwarteeuw missionair werk plaats. „We zijn door moeilijke tijden heengegaan, maar hebben gezien dat God het kwetsbare en gebrokene wil oprichten”, zegt Johan van Groningen.
Van Groningen is scriba en ouderling van christelijke gemeente ”Stem van de Goede Herder” in Bunde/Meerssen. Volgende week is het 25 jaar geleden dat de gemeente werd opgericht.
Een eigen kerkgebouw heeft ze nog steeds niet. De zondagse samenkomsten vinden plaats in gebouw ”De Koel” aan het Pastoor Geelenplein in Meerssen. Dat is te zien aan de grote bar in de ruimte die dienstdoet als kerkzaal. Het gebouw –van de burgerlijke gemeente Meerssen– wordt gehuurd.
De stoelen staan al klaar, al moeten er in verband met de vakantietijd nog wel wat bijgezet worden. Van Groningen rekent zondag op 250 à 300 bezoekers. Buiten het vakantieseizoen om bezoeken 120 à 130 kerkgangers ’s zondags het witgeverfde gebouw met de mooie rode letters.
Op het podium staan een orgeltje, een kaars en een katheder, en aan de wand hangt een kruis. Te zingen liederen –psalmen en gezangen– worden op een scherm geprojecteerd. „We lezen uit de Herziene Statenvertaling en zingen de psalmen vaak uit De Nieuwe Psalmberijming”, zegt Van Groningen. „Die begrijpt men hier beter.”
Van Groningen is een van de constanten in de gemeente. In 1993 begon pionier Kees van den Boogaart op eigen initiatief met evangeliseren in Zuid-Limburg, onder andere door het uitdelen van christelijke lectuur. Hij kreeg al snel steun van een evangelisatiecommissie uit Dordrecht, waarvan onder anderen ds. J. C. de Groot, Leen Cranendonk en Aart de Boon deel uitmaakten. Op 9 augustus 1994 werd Stichting Evangelisatie Bunde e.o. opgericht.
Datzelfde jaar al vonden er zondagse samenkomsten plaats, eerst in de Auw Kerk te Bunde, vanaf 1995 in De Koel te Meerssen. Van Groningen, die uit Nieuw-Lekkerland komt, werd in 2002 voor een halve weektaak aangesteld als evangelist-pastoraal werker. Na 2007, toen er financiële problemen kwamen, ging hij verder als maatschappelijk werker in de Westelijke Mijnstreek. Sindsdien doet hij het werk voor de gemeente –vaak meer dan tien uur per week– pro Deo. „Dit is de plek die God voor me heeft bestemd”, zegt hij. „God heeft al die tijd voor ons gezin gezorgd.”
In 2014 vond de evangelisatie als zendingsgemeente aansluiting bij de Christelijke Gereformeerde Kerken en werd ze zelfstandig. „We voelen ons er thuis”, aldus Van Groningen. „Men heeft ons ruimhartig geholpen met financiële middelen en adviezen. Hierdoor heeft de gemeente een fulltime predikant kunnen aanstellen, ds. Jan Bosch, die vanuit Groningen gekomen is en kunnen we meer aanpakken.”
De evangelisatie werd toch gesticht door hervormden? Lag aansluiting bij de Protestantse Kerk niet meer voor de hand?
„We hebben in het begin aansluiting gezocht bij de bestaande protestantse gemeente in Bunde, maar de relatie was moeizaam. Dat was voor een gedeelte onze eigen schuld, omdat wij weleens het licht in het zuiden zouden gaan brengen. Die houding riep terecht weerstand op. Er waren hier ook protestanten die oprecht bezig waren voor de zaak van Christus.
Bovendien waren er kerkgangers die door missionair werk bij de gemeente terechtgekomen waren en die vreesden voor een te grote diversiteit binnen de gemeente als ze zich zou aansluiten bij de Protestantse Kerk. Dat is begrijpelijk. Ze hadden vol overtuiging voor deze evangelisatie gekozen en er Christus gevonden. We wilden geen mensen verliezen. De gemaakte keuze is een goede geweest. Onze identiteit is hetzelfde gebleven en we hebben liturgische vrijheid behouden. De liturgie is veranderd, maar de drive om mensen met het Evangelie bekend te maken is gebleven.”
Zijn er veel Limburgers bereikt?
„Dat viel niet mee, ondanks alle activiteiten die we ontplooiden, zoals kinderwerk in vakantietijd. Er zijn nu ongeveer 25 Limburgers met een rooms-katholieke achtergrond lid. Het is stuk voor stuk bijzonder hoe ze bij onze gemeente terechtgekomen zijn omdat ze over een hoge drempel moesten gaan. Jammer genoeg lukt het ons nog niet om jonge Limburgers te bereiken.”
Wie komen er verder op zondag?
„Een jaar of vijf geleden werden de diensten bezocht door ongeveer evenveel Limburgers, Hollanders en vluchtelingen of migranten. Op dit moment groeit de laatste groep het hardst. Ze bestaat vooral uit Iraniërs en Afghanen, die de diensten trouw bijwonen en daarbij vertaald worden. Ze zijn op onze weg gekomen. Er gebeuren bijzondere dingen onder deze mensen met een moslimachtergrond.”
Hoe ziet de toekomst van de gemeente eruit?
„We zijn door moeilijke tijden heengegaan en hebben gezien dat God het kwetsbare en het gebrokene wil oprichten. Het is nu een tijd van oogsten. Wat we vooral willen, is van betekenis zijn voor de mensen in onze omgeving. We willen hen bekend maken met de boodschap van het Evangelie en tegelijk als christelijke gemeente present zijn in de samenleving. Het is ons verlangen om verder te investeren in diaconaal werk voor mensen in de buurt.”