Rode lak houdt kerk pastor Youssef Ourahmane gesloten
De Algerijnse autoriteiten zijn erop uit om alle kerken in het land te sluiten, zegt ds. Youssef Ourahmane. Ondanks de felle tegenstand gaat de predikant door met zijn werk. „De overheid probeert tevergeefs de vlam te blussen.”
Het interview met Ourahmane begint een klein uurtje later dan gepland. Enkele afspraken in Den Haag liepen uit, verontschuldigt de Algerijnse predikant zich. In de regeringsstad heeft hij een ontmoeting gehad met een Tweede Kamerlid en Jos Douma, de speciaal gezant voor religie en levensovertuiging. Ourahmane is voor een flitsbezoek van twee dagen naar Nederland gekomen om de zaak van christenen in het islamitische Algerije te bepleiten.
Dat juist hij naar Nederland is afgereisd, heeft een trieste oorzaak, vertelt de pastor op het kantoor van Open Doors in Ermelo. Ourahmane is vicepresident van de Protestantse Kerk van Algerije (EPA). De voorzitter van dit verband van ruim veertig kerken kan vanwege een rechtszaak het land niet verlaten. Die werd vorig jaar veroordeeld tot achttien maanden cel en een boete vanwege zijn deelname aan een protest tegen een kerksluiting door de autoriteiten. Een hoger beroep loopt nog. Ondertussen is Ourahmane zijn plaatsvervanger.
De autoriteiten hebben ook hem in het vizier, weet de pastor. Dat hij zich openlijk uitspreekt over de situatie van christenen in het Noord-Afrikaanse land, is hen een doorn in het oog. „Zij denken dat ik de wereld over reis om het imago van Algerije te besmeuren.” Ourahmane wordt daarom voortdurend lastiggevallen. „Als ik terugkom van een reis, hebben ze altijd een speciaal welkom voor mij, zoals ik dat noem”, zegt hij met een grijns. „Ze nemen extra veel tijd om mij het land binnen te laten.”
Bezorgd dat hij net als zijn collega-predikant gearresteerd zal worden, is Ourahmane niet. „Ik geloof dat alles in Gods hand is. Hij is soeverein. Niets gebeurt buiten Zijn wil om”, zegt hij. „Als mij toch iets overkomt, dan zal Hij mij ook de genade geven om ermee om te gaan”, klinkt het berustend. Het is een toon die vaker in het gesprek doorklinkt.
Nooduitgang
In de afgelopen jaren bleef Ourahmane niet gevrijwaard van vervolging. Een door de predikant opgerichte kerk in de noordwestelijke stad Ain Turk, House of Hope, wordt in 2017 door de autoriteiten gesloten. Agenten verzegelen de deur van het gebedshuis met rode lak, zodat het gebouw niet onopgemerkt gebruikt kan worden. „Dat was niet makkelijk. Het voelde ontzettend onrechtvaardig.” Maar opnieuw: „God heeft alles onder controle. Hij is soeverein.”
Volgens de politie had de kerk van Ourahmane geen officiële goedkeuring. Dat is een terugkerend probleem voor kerken in Algerije. Wetgeving uit 2006 bepaalt dat voor het gebruik van een gebouw voor niet-islamitische erediensten toestemming moet worden verkregen. De commissie die daarover gaat, heeft sindsdien echter geen enkele vergunning afgegeven. „Deze wet is de bron van al onze problemen”, verzucht Ourahmane. Volgens hem is de regelgeving hoofdzakelijk in het leven geroepen om Algerijnse christenen dwars te zitten.
Doordat de kerken geen vergunning krijgen, kunnen de autoriteiten eenvoudig beweren dat de erediensten illegaal zijn, legt de Algerijnse predikant uit. Soms gebruiken ze als argument dat de kerk als woning te boek staat, en dan is samenkomen niet toegestaan. Of dat er niet aan alle veiligheidseisen is voldaan, zoals een nooduitgang. „Ze vinden altijd wel een reden.”
Vorige maand was het opnieuw raak. Deze keer ging het om de sluiting van een kerk in de kustplaats Bejaija. Voor de meer dan 300 leden zat er niets anders op dan de erediensten per direct te staken. In de afgelopen vijf jaar zijn er in totaal 17 EPA-kerken gesloten. „Daarnaast moesten sommige gemeenten hun activiteiten stilleggen. In totaal gaat het om 23 niet-functionerende kerken”, aldus Ourahmane.
Tenzij God ingrijpt, vreest de Algerijn het ergste voor de kerken die nog wel open zijn. „Het zou kunnen dat ze morgen gesloten worden.” Verschillende andere kerken hangt al sluiting boven het hoofd. Het plan van de overheid is om alle kerken voorgoed op te doeken, zegt Ourahmane. „Mogelijk wordt nog een enkele kerk opengehouden om de schijn op te houden.”
Imam
Naast de kerksluitingen neemt ook de druk toe vanuit de autoriteiten op Algerijnse christenen. Dat zijn veelal bekeerlingen met een islamitische achtergrond, net als Ourahmane. In de afgelopen anderhalf jaar zijn meer dan tien christenen strafrechtelijk vervolgd vanwege hun religieuze activiteiten. „Het doel daarvan is om angst te zaaien”, zegt de pastor. „Ook willen ze mensen uitputten en bezighouden door rechtszaken.”
Als gevolg van de kerksluitingen zijn er christenen die afstand doen van hun geloof, zegt Ourahmane. „Dat is de realiteit.” De predikant zoekt de oorzaak met name in het wegvallen van pastorale zorg. Hij steekt daarbij de hand in eigen boezem. „We hebben als kerkleiders nagelaten om de gelovigen te leren groepjes te vormen voordat de kerk gesloten werd. Valt de kerk weg, dan hebben sommige gemeenteleden moeite om staande te blijven.”
Inmiddels ontplooit de predikant verschillende activiteiten om Algerijnse christenen toe te rusten. Zo moedigt hij de vorming van kleine groepjes aan. Speciaal daarvoor ontwikkelt hij programma’s om in de huizen te gebruiken. „We hebben veel bijeenkomsten met vier of vijf mensen, om te aanbidden en te onderwijzen.” Daarnaast is de EPA actief op sociale media. Bijvoorbeeld door videoboodschappen op te nemen en die uit te zenden.
Ourahmane is niet bang dat de kerk in Algerije zal verdwijnen. „Een van de redenen dat het christendom uit Algerije was verdwenen, is omdat de Bijbel alleen in het Latijn beschikbaar was. Vandaag de dag is dat een totaal ander verhaal. De Bijbel is beschikbaar in de moedertaal van de mensen. Er zijn zo veel christelijke media tegenwoordig waarmee mensen bereikt worden.”
De predikant zegt veel verhalen te horen van mensen die tot bekering komen. Hij weet zelfs van enkele imams die in het geheim christen zijn geworden. Ourahmane: „De overheid kan proberen om de vlam uit te blussen, maar dat is tevergeefs. De kerk zal er zijn tot aan de wederkomst.”