De Lichtkring wil indianen brief brengen
AMERSFOORT – In het uitgestrekte Amazone-oerwoud leven tientallen indianenstammen die de Bijbel nog niet hebben. Stichting De Lichtkring wil ze de „brief van God” brengen – ondanks verzet van de Braziliaanse overheid.
Motor achter Stichting De Lichtkring is de 91-jarige M. A. Mijnders-van Woerden. Jarenlang zette zij zich in voor de vervolgde kerk in China. De naam van de inwoonster van Lisse vormt voor menigeen een twee-eenheid met de Stichting Bonisa. Maar de twee hebben al een paar jaar geen officieel contact meer. Door de veranderingen in de werkwijze van de Stichting Bonisa heeft Mijnders-van Woerden zich daaraan onttrokken en werkt zij nu via Stichting De Lichtkring. Mijnders-van Woerden wilde zich meer richten op het werk onder de indianen in Zuid-Amerika. „We hebben toen zakelijk afspraken gemaakt en werken ieder zelfstandig.”
De grijze dame zet zich ondanks haar leeftijd met evenveel enthousiasme in voor zending onder de indianen als waarmee zij actief was voor Chinezen zonder Bijbel. „Ik voel aan mijn lichaam dat ik 91 ben, maar de Heere geeft nog zulke heldere herinneringen en gedachten. En bovenal: Hij geeft zo veel liefde in mijn hart voor dit werk.”
Het begon allemaal in 1993. Mijnders-van Woerden had kort daarvoor in de Verenigde Staten een ontmoeting gehad met de zendeling Bob Hawkins. Die werkte onder de Wai Wai-indianen in het Amazonegebied en vertaalde de Bijbel voor die stam. De zendeling vertelde haar over een indianenleider die tot bekering was gekomen, maar ook van de vele indianen die de „brief van God” –zo spreken de indianen over de Bijbel– nog niet hadden.
Die nood onder de indianen greep Mijnders-van Woerden aan. De zendingsvrouw werd bepaald bij Spreuken 24:11: „Red degenen, die ter dood gegrepen zijn; want zij wankelen ter doding, zo gij u onthoudt.” Zij zag daarin een niet te negeren opdracht om zich in te zetten voor deze nomadenstammen van het Amazone-oerwoud. Van het een kwam het ander en uiteindelijk kwam Stichting De Lichtkring van de grond.
De stichting ondersteunt nu verschillende projecten om het zendingswerk gestalte te geven, vertelt secretaris Marjon de Jong. „Wij helpen christelijke docenten van een school in Zuid-Suriname van waaruit er contacten zijn met indianen verder naar het zuiden. Verder willen wij graag WaiWai-indianen opleiden die als zendeling onder andere indianenstammen kunnen werken. Dat is nog een gebedszaak, maar er wordt wel geld voor hun scholing gereserveerd.”
De stichting moet voorzichtig opereren. Zelf een zendeling vanuit Europa naar het gebied sturen is geen optie. De Braziliaanse overheid houdt zending onder de indianenstammen tegen. De Jong: „Die stammen moeten hun eigenheid behouden, vindt de overheid. Ze hebben gezien dat de traditioneel levende stammen onder invloed van het christendom veranderen. Dat is voor ons echter geen doel op zich, integendeel. Maar als de Bijbel waarde krijgt, gaan mensen daarnaar leven en zal bijvoorbeeld de huwelijksmoraal veranderen.”
Vanwege deze tegenwerking moet De Lichtkring gebruikmaken van het werk van christelijke WaiWai-indianen. De Lichtkring steunt hen door te betalen voor goede buitenboordmotors voor boten en brandstof. Zo kunnen afgelegen dorpjes in het Amazonegebied bezocht worden door de Wai Wai’s.
Verder steunt De Lichtkring een Bijbelconferentie in het gebied. En er zijn contacten met Wycliffe Bijbelvertalers met de wens dat er snel meer Bijbels in de stamtalen komen.
Zendingsvrouw Mijnders-van Woerden trekt ondertussen onvermoeibaar door het land om over dit werk te spreken. Bassisschoolleerlingen hangen aan haar lippen als ze vertelt over de bekeerde indianenchief Elka die zij in het oerwoud ontmoette en vrouwenverenigingen vragen haar om haar zendingservaringen te delen. De Jong: „Zij heeft gezien hoe Gods Woord over heel de wereld is gebracht. Nu mag zij daar getuige van zijn in Nederland. Zij krijgt regelmatig reacties op haar lezingen.”
In de lezingen die De Lichtkring verzorgt, probeert de stichting ook beelden bij te stellen. De Jong: „Mensen hebben vaak het beeld dat indianen mensen met verentooien en beschilderde gezichten zijn. Dat is soms zo. Maar het zijn geen figuren uit bijvoorbeeld de stripverhalen. Het zijn levende mensen met een ziel voor de eeuwigheid. Mensen die soms heel concreet in de macht van de boze leven en daaruit verlost moeten worden.”