Het voorlopige dodental van de aanslagen op 11 september vorig jaar in de Verenigde Staten bedraagt 3034. Het gaat om de mensen die omkwamen in het ministerie van Defensie (Pentagon) in Washington, in het gekaapte toestel dat op weg was naar Washington en neerstortte bij Pittsburgh, waarin passagiers blijkbaar zelf actie ondernamen tegen de kapers, en om de slachtoffers in en rond het World Trade Center in New York.
De laatste categorie slachtoffers is verreweg het moeilijkst te inventariseren. Van de mensen in het toestel dat bij Pittsburgh neerstortte, stonden de namen op de passagierslijst. De bemanning was ook bekend. De slachtoffers die in het Pentagon vielen, werkten daar en waren betrekkelijk gemakkelijk te identificeren. Maar in New York was en is het nog steeds moeilijk om tot een definitief cijfer te komen. Het aantal slachtoffers van wie de namen woensdag tijdens de plechtige herdenking bij ”Ground Zero” zullen worden voorgelezen, bedraagt momenteel 2801.
„Onze lijst bevat fouten, dat is zeker”, zegt Edward Skyler, woordvoerder van New Yorks burgemeester Michael Bloomberg. „Er zijn waarschijnlijk slachtoffers die niet op de lijst staan en er staan mensen op die nog leven. Dat klinkt misschien gek na een jaar onderzoek, maar zelfs nu worden nog voortdurend correcties aangebracht, en dat zal nog wel een tijd zo doorgaan.” Hij wijst erop dat enkele weken geleden zeven mensen ontdekt werden die op de dodenlijst stonden, maar die nog leefden. Een van hen was een dakloze die altijd in het station van de ondergrondse bij het WTC sliep. Zijn familie had na de aanslag niets meer van hem gehoord en hem daarom als vermist opgegeven. De man bleek opgenomen te zijn in een psychiatrische inrichting.
Aanvankelijk bedroeg het aantal doden en vermisten 6729. Maar daar waren tal van dubbele meldingen bij, waarbij bijvoorbeeld zowel familieleden als bedrijven dezelfde namen hadden opgegeven. Of vrouwen waren opgegeven onder hun meisjesnaam en onder de naam van hun echtgenoot. „Tot nu toe is de identiteit van 1379 slachtoffers positief vastgesteld”, aldus Ellen Borakove, woordvoerster van New Yorks medische dienst. De lichamen van minder dan 300 slachtoffers waren min of meer intact. Van de anderen heeft men de identiteit vastgesteld via DNA-onderzoek van lichaamsdelen. Soms ging het daarbij slechts om een enkel bot of een vinger.
Sommige slachtoffers zijn officieel dood verklaard wanneer er bijvoorbeeld alleen een ring werd gevonden of een identiteitsbewijs, of wanneer familieleden aannemelijk konden maken dat een vermiste persoon op het tijdstip van de aanslag in het WTC geweest moest zijn. „Na de aanslag zijn beide WTC-torens in elkaar gezakt. Mensen zijn daarbij verpulverd, vooral in de lagere verdiepingen. Bovendien hebben er wekenlang branden gewoed. Daarom is er van veel slachtoffers niets meer overgebleven”, aldus Borakove. Het onderzoek naar de identiteit van de slachtoffers beperkte zich overigens niet tot New York. Het World Trade Center was letterlijk een wereldhandelscentrum, waar mensen uit tientallen landen werkten. Er zijn mensen uit ruim tachtig verschillende landen omgekomen in het WTC. Dat vereiste uitgebreide zoektochten, ook in het buitenland.
Buitenlandse consulaten en ambassades gaven namen door van vermisten, waarop men dan in de desbetreffende landen op zoek ging naar familieleden voor DNA-materiaal. En naar nadere beschrijvingen van het doen en laten van de vermisten, in de hoop hen op een andere plaats levend aan te treffen. Ook was er natuurlijk de fraude, helaas een onvermijdelijk verschijnsel, hoe gruwelijk een ramp ook is. Mensen die probeerden een schadevergoeding te krijgen voor familieleden die niet waren omgekomen. Een vrouw die claimde dat haar man -een glazenwasser- was omgekomen. Hij bleek na onderzoek in blakende gezondheid te verkeren. Of de Chinees die beweerde dat zijn geliefde vrouw was omgekomen. Ook zij werd springlevend ontdekt, in… Japan. „Het is treurig dat zoiets gebeurt, maar de omvang van de fraude is relatief gezien beperkt gebleven”, aldus Skyler.